ruby sanders interview aynouk tan

Interview Aynouk Tan: ‘Je hebt die outfit áán, je bént het niet’

15 apr, 19 | OneWorld

Aynouk Tan beweegt zich als een paard van Troje door de modewereld. Met haar boodschap – laat kleding geen keurslijf zijn – ageert ze tegen de standaarden die we onszelf opleggen, tegen ongelijkwaardigheid en het neoliberale systeem achter mode.

Foto: Marco ter Beek

Aynouk Tan (1982) is modejournalist, -docent, -adviseur en -curator. Ze gebruikt mode als middel om identiteitsthema’s en queer politiek aan te kaarten. Ze spreekt geregeld op de Rietveld Academie en in musea. Ze cureerde de Torenkamer EXPO in media- en cultuurlab VondelCS en een mode-expo in de OBA.

Niet meer vliegen, geen vlees meer, of nooit meer nieuwe kleren?

“Nooit meer kleren kopen! Kleren zijn vergif geworden, voor onze eigenwaarde en identificatie met ideeën over mannelijkheid en vrouwelijkheid. We moeten die denkbeelden tarten. Kleding kopen om je beter te voelen veroorzaakt duurzaamheids- en identiteitsproblemen. Ons leven wordt erdoor geleid. Het UWV geeft zelfs kledingtips: ‘Geen rokje naar een sollicitatie’. We moeten loskomen van de voorschriften van wat ‘kan’ en hoe een ‘goed’ mens eruitziet. Daarom loop ik geregeld in ‘zwerverkostuum’ – vanuit mijn privilege, dat besef ik, maar ik wil maar zeggen: je hebt die outfit alleen aan, je bént het niet. Het is een verkleedfeest, geen keurslijf! Ook vlees eten en vliegen veroorzaken fundamentele ongelijkwaardigheid, maar mijn strijd gaat over kleren, vanwege de vervuiling en schadelijke identiteitskwesties die ze veroorzaken.”

Optimistisch of pessimistisch?

“Toch pessimistisch. Je doet eigenlijk nooit genoeg, het neoliberale systeem is zo sterk. Zodra je naar buiten loopt, doe je eraan mee. Je moét consumeren, de standaard is ‘normaal’. Het leven is gericht op nut, efficiëntie, geld verdienen. Maar kan een goed mens ook n.et consumeren, of huppelend of kruipend over straat? We moeten de standaarden waarop ons gedrag gebaseerd is, in twijfel trekken, en ons gedrag veranderen. Trek eens iets geks aan, blijf eens thuis niksen zonder schuldgevoel. Over de industrie ben ik ook niet optimistisch: er is zoveel symptoombestrijding. Neem duurzame kleren – waarom hebben we die überhaupt nodig? Nieuwe kleding is nog altijd ingebed in het neoliberale systeem. We moeten af van het idee dat ‘nieuw’ staat voor ‘goed’. Je zou moeten zeggen: ‘Wat een schande, weer een nieuw jurkje?’”

Idealist of ondernemer?

“Ik ben geen ondernemer, want ik ben zo arm als wat, haha. Ik werk het liefst in de publieke sector, via lezingen of onderwijs. Daar voel ik me prettig bij. Of voor non-profitorganisaties, die vaak weinig betalen. Soms vind ik dat jammer, maar dan bedenk ik wat ze met dat geld beter kunnen doen. Onlangs sprak ik bij ABN Amro, waar ik me wel schuldig over voelde. Maar dan verkondig ik mijn visie extra sterk, en ben ik heel kritisch over racisme, inclusiviteit en diversiteit.”

Gevoelige thema’s zoals racisme bespreken aan de eettafel of anderen daar niet mee lastig vallen?

“Gelukkig zijn meer mensen met deze thema’s bezig. Ik voel me onderdeel van een beweging die het gesprek verrijkt en de discussie verandert met nieuwe termen. Dat helpt mij als ik bijvoorbeeld een familielid wijs op een racistische opmerking, wat heel ongezellig kan worden. Dat omschrijft feminist Sarah Ahmed met het begrip killjoy. Zulke termen geven moed om in gesprek te blijven gaan. Wel waak ik ervoor dat ik mezelf de hele dag aan het uitleggen ben om andermans ongemak weg te nemen. Om vooruit te komen heb ik ook een safe space van gelijkgestemden nodig.”

Intersectioneel feminisme en validisme: termen die iedereen zou moeten kennen of geen idee waar ik het over heb?

“Mensen hebben hun mond vol van inclusiviteit. Kleine dingen kunnen al verandering teweegbrengen. Zoals gender-binaire taal: als we naar de maan kunnen, kunnen we toch ook onze taal aanpassen? Niet altijd ‘man’ of ‘vrouw’, je neefje vragen of hij een ‘vriendinnetje’ heeft, het woord ‘nieuw’ als ‘goed’ gebruiken, uitzonderingen zo exotiseren. ‘Normaal’ is ook een voorkeur, wit ook een kleur, hetero-normatief ook een keuze. Als iemand vraagt: ‘Wil jij me niet zo noemen’, luister daar dan naar. Het is tijd om de ruimte eindelijk te delen en naar elkaar te luisteren.”

Dit artikel verscheen in april 2019 op OneWorld.nl en in OneWorld Magazine.